zondag 3 november 2013

Het geheim van opa

Bron
Zoals mijn oma een geheim heeft, zo heeft opa ook wat speciaals. Het ontdekken van dat geheim begon met een nachtje overnachten bij hen.
Oma stopt me altijd heel goed onder, en met een dikke zoen word ik helemaal vastgelegd onder de dons. Met één handeling maakte ze alles vast onder de matras. Aan mijn voeten, aan de linkse zijde en aan de rechter zijde. Zo lig ik altijd heel knus maar kan ik amper bewegen.
Als ik tijdens de nacht even wakker lig, zie ik een schaduw heen en weer dansen op het plafond. Ik sta stilletjes op om door het raam de tuin in te kijken. Helemaal verwonderd zie ik opa met een lantaarn de tuin in gaan. Hij opent het hek van de groentetuin. 
Wat zie ik nou? Staat hij daar te praten met iemand? Plots draait hij zich om en kijkt recht mijn kamer binnen. Ik val van de vensterbank op de grond. 

Het licht in de gang springt aan en oma komt binnen. Ik lig op de grond..
"Heb je weer gedroomd lieverd?" Ik knik angstig en oma stopt me weer onder. Als oma weer weg is en alles weer donker is blijf ik denken aan opa. Wat deed hij daar toch in de tuin? Met wie sprak hij?

De volgende ochtend aan de ontbijttafel wordt er niets over gezegd. Had opa mij dan toch niet zien gluren? Opa vertrekt naar het werk en oma ruimt de tafel af. Ik loop de tuin in. Open het hekje en ga het pad op waar opa deze nacht liep... Ik zie de warmoes, de peterseliewortel, de venkel en zoveel meer allemaal prachtig in bloei staan. Ik ga op mijn buik liggen en kijk tussen de planten of ik niets zie. Plots geritsel! Ik spring op en begin heel hard te lopen richting de veranda. Als ik omkijk zie ik een duif opvliegen. Ik ook altijd met mijn fantasie. Er is helemaal niets in de tuin. 

s'Avonds stopt oma mij opnieuw onder het dekbed en ik maak mezelf wat dikker zodat de dons niet zo vast zit. Slim van me. Al zeg ik het zelf. hehe.. Ik ga op de vensterbank zitten en wacht geduldig af. Ondanks ik denk dat ik het me allemaal maar inbeeld ben ik toch blijven twijfelen. 
Alles blijft donker.
Ik ga heel erg stil de trap af. Natuurlijk kraakt het. Hoe stiller ik wil zijn, hoe meer lawaai ik maak. Dat is gewoon typisch! Als ik beneden kom steek ik geen lichten aan en ga stilletjes langs het raam van de keuken. OPA! Hij loopt er weer met zijn lantaarn. Deze keer ga ik hem achterna. 

Opa staat te praten in de moestuin. Ik kom dichterbij en kijk opa verwonderd aan. Hij zal nu wel heel erg boos worden op mij. Opa kijkt naar mij. In zijn ogen zie ik een traan. "Opa?"; vraag ik afwachtend. "Ja kindje"; fluistert hij somber. Als ik rechts kijk kan ik mijn ogen niet geloven. Ik zie de peterseliewortel met grote ogen naar mij kijken. Zijn groene haar achteruit schuddend knipoogt hij naar me. De warmoes schudt haar kleed van blaadjes recht. Fier kijkt ze me met grote ogen aan. Ze zijn prachtig. Hoe meer ik kijk, hoe meer ogen ik op mij gericht zie. In plaats van geschrokken te zijn, voel ik enorme sympathie. Opa kijkt me aan en wil wat zeggen, maar ik laat hem geen kans. Ik geef de warmoes een compliment met haar prachtige rok van bladen. De warmoes buigt en neemt het compliment hartelijk in ontvangst.

Opa kijkt me verwonderd aan. "Ben je dan niet bang?" ; vraagt hij verwonderd. "Groenten die praten is hekserij!"; roept hij terwijl hij de burgemeester nabootst. "Groenten die praten moeten worden verbrand!"; roept hij nog steeds nabootsend. Zijn gezicht wordt roder, voor zover ik dat kan zien in het licht van de lantaarn. "Maar opa? Wat is er?" Opa wordt rustiger en verteld verdrietig dat deze groenten alles voor hem betekenen. s'nachts komen ze tot leven en helpen opa bij het onderhouden van de moestuin. Ze laten hem weten of er meer mest moet komen, of dat het zal regenen. Zo kan opa de moestuin altijd in perfecte staat houden. Maar ze praten ook samen over grote levensvragen. Dingen die hem verder helpen in het leven. 

"Deze groenten"; vertelt opa;" zijn overal vernietigd omdat ze als hekserij werden aanzien." "Volle moestuinen werden verbrand!" "Alleen ik, lieve kleindochter, heb zaadjes verstopt en nu weer uitgeplant". "Vind je ze niet schitterend?". "Weldra zijn het vergeten groenten";zegt opa een beetje hopeloos. 
Ik kan het verdriet niet aanzien en beloof opa dat ik voor ze zal zorgen. Dat ik de zaadjes van deze groenten zal bijhouden. "En later als ik groot ben en niemand nog weet heeft van hekserij, zal ik de zaadjes planten.. Zal ik de vergeten groenten weer laten groeien en zal ik me dicht bij jou voelen"..zeg ik hoopvol. Opa kijkt me aan en zucht.. We gaan samen hand in hand weer naar binnen, waar oma in haar slaapkleed ons verwonderd staat op te wachten.

Intussen ben ik volwassen maar ik herinner me nog heel goed dat ik die nacht heerlijk heb geslapen. Ik voelde een diepe rust over mij. 
Opa vond die nacht de eeuwige rust in zijn slaap..
En de vergeten groenten? ...Die staan weelderig in mijn moestuin!

zaterdag 2 november 2013

Met de boot naar Amstelredam

de knecht van de kapitein
De grote deuren van de houten stadspoort staan open. Naast elke deur staat een wachter met ijzeren zwaard. Ik geloof dat ik maar tot deze avond buiten deze poorten kan. Dan sluiten de wachters alles af tot morgenvroeg. 


Aangezien ik vanavond echt wel thuis in mijn eigen bed wil slapen loop ik door op mijn houten klompen tot aan de kade.

Het water klotst tegen de houten steigers. Het water is vrij wild vandaag. Ik zal moeten opletten dat ik niet door de wind in het water wordt geblazen. Het regent zachtjes maar door mijn kaproen voel ik er niets van.
Mijn prachtige donkerblauwe linnen kleed waait heen en weer en wordt al snel nat aan de mouwen. Ah, vanavond hang ik het wel dicht bij het houtvuur te drogen.

De grote zeilboot uit Amstelredam staat te wapperen in de wind. De kapitein levert een gevecht met de wind om met zijn knechten de zeilen naar beneden te halen. Telkens slaat het grote zeil heen en weer en knettert de regen in hun gezicht. Vandaag leveren ze haring en amandelen. De grote tonnen worden op de steigers gerold en op karren gezet om morgen op de markt te verkopen.

Zondag is het feestdag, dan gaat het hele dorp helemaal uitgedost naar de kerk en nadien wordt er uitgebreid gegeten. Moeder maakt allerlei gerechten op het houten vuur. Pap met rozijnen als dessert, Haring met brood, Tarwe met warmoes en ui..heerlijk! Dan likken we onze houten lepels af en worden de kommen tot de bodem uitgeschraapt.

feestdag

Het is opgehouden met regenen. Stralen zon dringen zich tussen de grijze wolken. Door de harde wind waaien de wolken snel door. De hemel klaart uit. 
Hier is het heerlijk vertoeven, aan de kant bij het water. Ik hou er van  om even alleen te zijn, alleen met mijn gedachten. Alle indrukken van de dag even op een rijtje zetten en verwerken. 
De zon schijnt heerlijk en ik zet de kap van mijn kaproen af. 

De mannen op de boot zwaaien nog een laatste groet en ik zie dat ze het touw langs de kant alweer losmaken. Het grote schip komt in beweging en de mannen hijsen met al hun kracht de zeilen. De boot glijdt langzaam voorbij en de kapitein zwaait naar mij. Ik zwaai verlegen terug als de knecht nog een knipoogje trekt. Ik wil in mijn kaproen duiken maar deze heb ik afgezet en aangezien hij zo nat is, ga ik hem nu ook niet meer opzetten.
Ik lach hem verlegen terug maar hij is al voorbij... in de verte zie ik hem nog lopen naar de achterkant van het schip. Hij struikelt bijna over de touwen maar zwaait nog even heel uitbundig.
Ik zwaai enthousiast terug. Ooit wil ik mee met de boot naar Amstelredam!
" ah die Hollanders ...";zucht ik bijna luidop als ik bedenk dat het nu wel al heel erg laat is. Straks maken de wachters de poort dicht. Op een loopje keer ik terug, voor zover dat gaat op mijn houten klompen.
Stadsarchief.Amsterdam.nl
Het doet er mij aan denken dat ik de kweeperen,die bij ons op het houtvuur staan, nog naar de bakker moet brengen. De bakker zal er voor de feestdag kweepeertaart mee maken. Ik loop verder door langs de schapen. Ze lachen me uit.." mehehehe..mehehehe". Ze hebben vast gezien hoe ik helemaal doorweekt ben door de regen. Ik lach luid terug en loop het kasseien pad op achter de kerk. Nog even en ik ben thuis.

de schapen


Straks ook nog de kinderen in bad stoppen. Moeder zou het water al op het vuur zetten, had ze beloofd. Mijn vader zet de grote ton voor het houtvuur klaar en dan kunnen de kinderen in bad. 

Ik zal me nog moeten haasten, want straks is het donker.. en in bad met kaarslicht..is toch wat onhandig..



30 oktober 1350
Groeten,
Minke

Music while reading

Geïnspireerd door Archeon en het boek Pelgrim Poorter Poëet van Ernst